bekladden - regelmatig werkwoord
uitspraak: be-klad-den
1. er vlekken of viezigheid op laten komen
♢ de brug was beklad met graffiti
1. iemands eer bekladden
[lelijke dingen van hem zeggen]
Regelmatig werkwoord: be-klad-den
ik beklad
jij/u bekladt
hij/zij bekladt
wij/zij/jullie bekladden
ik/jij/u/hij/zij bekladde
wij/zij/jullie bekladden
hij heeft beklad
de/het/een bekladde ....
Synoniemen
besmeuren
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk