argument - zelfstandig naamwoord
uitspraak: ar-gu-ment
1. waarom je het doet of vindt
♢ zijn argument voor het kopen van die auto is dat het station zo ver is
2. wat je aanvoert om een stelling te bewijzen of te ontkrachten
♢ het belangrijkste argument voor het invoeren van de nieuwe regeling is dat die meer opbrengt
1. dat is geen argument
[doet niet ter zake]
2. een doorslaand argument
[dat de doorslag geeft en andere argumenten overbodig maakt]
Zelfstandig naamwoord: ar-gu-ment
het argument
de argumenten
het argumentje
Synoniemen
beweegreden, bewijs, bewijsgrond, grond, motief, overweging, reden
Gepubliceerd op 14-11-2017
argument
betekenis & definitie