Marokkaanse pubers en adolescenten (vooral jongens) die door hun gedrag en criminaliteit de openbare ruimte onveilig maken . Het gaat dan om jongens die meestal in groepsverband veel overlast veroorzaken in bijv. zwembaden, winkelcentra, metro stations, in buurten of in uitgaansgelegenheden.
Ze maken zich schuldig aan hoogfrequent crimineel gedrag zoals geweldpleging, tasjesroof, aanranding, diefstal, vernieling, drugshandel, inbraak, openbare dronkenschap enz. Bovendien vertonen ze verzet tegen het gezag (leerkrachten, politie, ouders) en is hun gedrag tegen ouders en anderen nogal intimiderend. Precieze cijfers over aantal len zijn onduidelijk, aangezien er behalve een harde kern ook sprake is van meelopers, die nog wel voor enige correctie vatbaar zijn .
De oorzaken van het onbeheersbare gedrag zoekt men in economische, sociale en culturele factoren. Als economische factoren worden wel genoemd een hoge werkloosheid en hun slechte perspectieven op de arbeidsmarkt (ze zijn vaak slecht opgeleid, spreken slecht Nederlands). Als sociale factoren ziet men een onvoldoende integratie - geen binding met de Nederlandse cultuur - het gevoel gemarginaliseerd te zijn en het gebrek aan ouderlijk toezicht. Als culturele oorzaken ziet men dat jongens te veel vrijheid van thuis krijgen en dat vertoon van agressie, zeker binnen de eigen leeftijdsgroep, een vorm van respect verdienen is. Bovendien hebben ze geen respect voor het Nederlands gezag, omdat dat in hun ogen erg zacht en dus nietszeggend is. Als je iets misdaan hebt, sta je immers na enkele uren weer buiten. De harde kern, waarvan de omvang geschat wordt op enkele honderden jongens, is volgens justitie niet gevoelig voor de 'zachte aanpak van gesprekken, taakstraffen of korte gevangenisstraf.
Volgens verschillende deskundigen (o.a. politiecommissarissen) biedt het huidige jeugdstrafrecht zelfs onvoldoende maatregelen om deze groep effectief aan te pak ken, en zou het strafrecht voor volwassenen van toepassing moeten zijn. In de praktijk hanteert men nu zoveel mogelijk een aanpak van o.a. zero tolerance, een grotere zichtbaarheid van politie - zodat de pakkans ook groter wordt - of een opjaagbeleid, zodat de jongens niet op een vaste plek kunnen rondhangen (zie lopen). In de praktijk blijkt de situatie daar niet echt beter van te worden en zelfs escalerend te werken. Daarnaast bestaan er in verschillende steden tientallen speciale trajecten om jongens eventueel in het gareel te krijgen. Deze groep wordt in de volksmond ook wel aangeduid als kutmarokkaan(tjes ).