Neocalvinisme, vorm van → calvinisme, die door Abraham → Kuyper van grote invloed werd op het Nederlandse culturele leven van de 20e eeuw. Kuyper zocht voor alles het calvinisme opnieuw `in rapport te brengen' met het bewustzijn van de moderne cultuurmens.
Hij wilde de gehele intellectuele cultuur van West-Europa door herkerstening restaureren. Het verschil met het oude calvinisme schuilt voor een belangrijk deel in de opvattingen over Kerk en Staat. Kuyper stelde de `souvereiniteit in eigen kring' en verwierp de mening dat de staat de roeping heeft valse religies te weren. Hij verruimde het begrip van de particuliere genade, alleen geldend voor uitverkorenen, tot een algemene genade (de Gemene Gratie), die de werking van de zondeval tegenhield.
