Lexicon Nederland en België

Liek Mulder (1994)

Gepubliceerd op 02-08-2017

Groot Privilege

betekenis & definitie

Groot Privilege (Charter zonder Naam), aanduiding van het charter waarin de voorrechten van de Staten van de Nederlandse Bourgondische gewesten werden vastgelegd. Deze privileges werden door de in Gent vergaderende Staten-Generaal op 11.12.1477 afgedwongen van → Maria van Bourgondië, in ruil voor hulp in de oorlog tegen Lodewijk XI van Frankrijk.

Het Groot Privilege kan als een soort grondwet worden beschouwd, waarin de Staten hun eigen privileges vastleggen en zich verzetten tegen de Bourgondische centralisatiepolitiek. In het charter werd onder andere bepaald dat het → Parlement van Mechelen werd afgeschaft, dat de Staten-Generaal toestemming moesten geven voor een oorlogsverklaring, dat Staten-Generaal en Gewestelijke Staten in vergadering bijeen mochten komen indien zij dat noodzakelijk achtten, en dat de → Grote Raad alleen bevoegd was in zaken waarover de provinciale of plaatselijke overheden geen inspraak hadden. Maria werd gedwongen de onschendbaarheid van de gewesten te erkennen; privileges, gewoonten en taal te respecteren, evenals de gehele tot dusver bestaande traditionele juridische en gerechtelijke orde (→ costumen). Daarnaast zou Maria slechts met goedvinden van de Staten mogen trouwen. Bij de inhuldiging van → Filips de Schone op 12.12.1494 werd het Groot Privilege grotendeels vernietigd.