een voorstadium van honger. Het opgenomen voedsel is niet voldoende om de behoeften te dekken.
Dit kan in de gehele stofwisseling of in delen daarvan optreden (bijv. eiwitondervoeding bij verder voldoende voeding). Daardoor wordt het lichaam gedwongen de eigen substantie aan te spreken om de stofwisseling op gang te houden.