(pneumonie): catarrale l. ontstaat hoofdzakelijk door verspreiding van een bronchiale catarre vanuit de zijtakken van de luchtpijp naar het aangrenzend longweefsel. Daarom spreekt men ook wel van bronchopneumonie of, wanneer slechts enkele haarden in de longkwabben voorkomen, van haardpneumonie.
Doet zich meestal voor bij zwakke kinderen en oudere mensen. Hierbij worden voornamelijk de onderste, achterste delen van de longen aangetast. Als complicatie bij mazelen, kinkhoest, tyfus, roodvonk, griep. Sluipend begin, geen hoge koorts, etterig sputum. Pneumococceninfectie, tegenwoordig zijn ook inwendige schimmelinfecties soms de oorzaak. Behandeling: een antibiotische behandeling zoals tegenwoordig gebruikelijk is, heeft alleen kans op succes indien het niet om een schimmelinfectie gaat. In lichtere gevallen 4-6 maal daags te vernieuwen kompressen met kwark op die plekken die branden en steken. Inwendig: olijfolie.
Wikkels om onderlichaam en benen, natte sokken voor afleiding. Dagelijks vele malen wassingen van gehele lichaam, afwisselend omslagen om boven- en onderlichaam. Vasten, fruitdieet. Thee: longkruid, smalle weegbree, hibiscus, klein hoefblad, zoethout. Homeopathie: Aconitum D3-4, Belladonna D3-4, Bryonia D3, Jodium D3-4, Tartarus emeticus D4-6, Phosphorus D5, Arsenum jodatum D4, Chelidonium D2-4, Lycopodium D6-10. Biochemie: Ferrum phosphoricum D6, Kalium phosphoricum D6, Kalium chloratum D6, Kalium sulfuricum D6, Calcium phosphoricum D6-12, Natrium muriaticum D6.Kroepachtige l.: door kouvatten, inademen van prikkelende gassen. Begint plotseling, rillingen, hoge koorts, steken in de zij. Ziektekiemen: pneumococcen. Delen van kwabben of hele kwabben tegelijk worden aangetast. De aangetaste blaasjes vullen zich met vezelstof, worden luchtledig. Daar komen dan nog rode bloedlichaampjes bij, zodat naast grote ademnood, hevig hoesten met bloederig (roestbruin) sputum zich voordoet.
Het hart wordt beschadigd door de gifstoffen die daarbij ontstaan en door de overmatige inspanning, veroorzaakt door de vernauwing van de bloedsomloop in de longen waarmee deze ziekte gepaard gaat. Het is mogelijk dat het hart opgeeft, wat de dood tot gevolg heeft. Hevige stoornis van de algehele toestand, sufheid, hoofdpijn, versnelde hart- en polsslag. De koorts blijft hoog en daalt gewoonlijk sterk op de 5de, 7de, 9de of 11de dag. Kan zonder verdere gevolgen genezen; kan ook overgaan in borstvliesontsteking en genezen met vergroeiingen en verklevingen. Behandeling: antibiotica, in het begin veelvuldige wassingen van borst, buik, armen en benen; bij steken in de borst kwarkkompressen (vernieuwen wanneer ze warm worden), later als bij catarrale pneumonie.
