scheepvaart voor het vervoer van personen en goederen ter zee. Staat tegenover de oorlogsmarine; z ook handelsvloot.
De K. wordt ten dele uitgeoefend door lijndiensten, die vaste verbindingen tussen 2 of meer havens onderhouden. Daarnaast staat de wilde (of tramp-) vaart: schepen die nu eens naar deze, dan weer naar die haven varen, waarheen zij maar een lading kunnen krijgen. Een belangrijke tak van K. is ook de kustvaart*. K.-schepen zijn voor een deel uitsluitend ingericht voor het vervoer van passagiers en hun bagage; de meeste zijn echter vrachtschepen, die evenwel vaak tevens accommodatie hebben voor een beperkt aantal passagiers. De voortbeweging van K.-schepen geschiedde tot in het begin van de 19e eeuw vrijwel uitsluitend door windkracht (zeilschepen); daarna werd de aandrijving door stoommachines gebruikelijk, welke de laatste decenniën in steeds toenemende mate verdreven worden door oliemotoren.
