Sedert de Renaissance algemene benaming voor verschillende soorten instellingen of colleges die zich aan beoefening resp. bevordering van wetenschappen of kunsten wijden. Naam naar lusthof bij Athene, waar Plato met leerlingen wandelde en doceerde; werd naam van zijn wijsgerige school, later algemeen naam van een geleerd genootschap.
Na verovering Constantinopel door de Turken (1453) veel Gr. geleerden naar It., waar „platonici” 1457 eerste Platonische A. (Florence) oprichtten. Allengs andere in It. en elders. Heden in Ned.: Kon. Ned. A. v. Wetensch. (A’dam); Kon.
Mil. A. (Breda); Rijks-A. van Beeld. Kunsten (A’dam); A. van Bld. Kunsten (’s-Hage), A. van Bid. Kunsten en Techn. Wetensch. (R’dam) ; in Indonesië : Bataviaans Gen. van K. en W. ; in Big. : A.
Roy. des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Big. ; Kon. Vlaamse A. van Wet., Lett. en Schone K. van Big. ; Kon. Vlaamse A. van Geneesk. van Blg., en de overeenkomst. Franstal. A. (alle Brussel) ; Kon. Vlaamse A. van Taal en Lettk. (Gent), Kon.
A. van Schone K. (Antwp.) ; Institut Roy. Colonial Big. (Brussel); in Fr.: Inst, de Fr.; A. Française; A. des Inscriptions et Belles-Lettres (Parijs) ; in Gr. Br. : Roy. Soc. of London; in Du. : Preuss. A. der Wissensch. (Berlin), Deutsche A. (München). De Zweedse A. kent de Nobèlprijzen toe.
