Anthropoidea, het hoogst ontwikkelde zoogdier, door uiterlijke vorm en lichaamsbouw gelijkend op mens; met hem en de halfapen behorend tot de orde der Primaten. Grootte der apen varieert tussen 2 m (gorilla) en afmeting van eekhoorntje.
Leven in tropische landen in troepen, vaak met een leider (monogamie en polygamie). In kleur en beharing nogal verschillend: "bruin, donkergrijs, zwart, soms groen, ook wel bont. Gemiddelde ouderdom verschillend, naar soort, doch ligt ver beneden die van de mens. Vertoeft het meest in bomen (klimdier), minder op de grond. Karakteristiek: vijf vingers en vijf tenen, met platte nagels; sommige zonder staart, naakt gezicht, volledig tandstelsel, opvallend grote oogkassen, sterk achterwaarts gebogen schedel met vooruitspringende snuit; hersenen zwakker ontwikkeld, veel geringer windingen dan bij de mens; onzekere opgerichte gang; werpen 1, max. 2 jongen, waarvoor zij liefderijk zorgen (apenliefde). Apen zijn meest zeer vlug, heel intelligent, listig en gezellig en bezitten zucht tot navolging. Wij onderscheiden smalneus- en breedneusapen: boedeng, hoelman, drilaap, huzaaraap, gorilla, magabe, chimpansee, wou-wou, satansaap, monniksaap, siamang, orang-oetan, lar, zwijnsaap, mandril, gibbon, mantelbaviaan, javaanaap, brulaap, capucijneraap, zijdeaap, witkopaap, leeuwaapje, doodshoofdaap, nachtaap, magot (Gibraltar), makaken (Japan) enz., waarbij aansluiten de halfapen (behaard aangezicht) zoals de katta, vari en moormaki.