XYZ van de klassieke muziek

Katja Reichenfeld (2003)

Gepubliceerd op 21-03-2017

Isang Yun

betekenis & definitie

Isang Yun (Tongyong 1917-Berlijn 1995) was een Koreaans Duitse componist wiens leven werd getekend door politieke strijd. Begon met twaalftoonsmuziek, maar vond later inspiratie in Koreaanse muziek en schiep een muzikale synthese tussen Oost en West.

Isang Yun werd in 1917 geboren in het Zuid-Koreaanse Tongyong, vlak nadat zijn land door Japan was geannexeerd . Hij studeerde cello en compositie in Korea en Japan, maar werd als lid van het Koreaanse verzet in 1943 door de Japanners gevangengezet. In 1948 werd Korea door de geallieerden in tweeën gedeeld, waarna het communistische Noorden het land gewapenderhand trachtte te herenigen. Het Zuiden verviel tot chaos en in 1956 vertrok Yun naar Europa, om te studeren bij onder anderen Blacher. Hij ging twaalftoonsmuziek componeren en vestigde zich in 1964 in Berlijn.

In 1967 werd Yun door de Zuid-Koreaanse geheime dienst ontvoerd en tijdens een showproces veroordeeld tot levenslang. Hij werd opgesloten onder barre omstandigheden en zelfs gefolterd. Op een dag vloog een vlinder zijn cel binnen deze werd een symbool van de vrijheid. Yun wijdde er nog tijdens zijn gevangenschap twee aangrijpende composities aan, Ein Schmetterlingstraum voor koor en slagwerk en de opera Die Wittwe des Schmetterlings (beide 1968). Hij zei hierover: 'Ik zat op de koude grond en moest mijn vingers warm blazen om te kunnen schrijven. Door mij te concentreren op mijn muziek vond ik de kracht om te overleven.' Dankzij protesten uit het westen kwam hij in 1969 vrij.

Yun verdiepte zich in Koreaanse hofmuziek, waarvan hij elementen verwerkte in orkestcomposities als Réak (1966) en Muak (1978). Bovendien vond hij inspiratie in het Taoïsme: 'Dat is een oerkracht, de eeuwige vrede. Deze bestaat uit de elementen yin en yang, welke terugkeren in de muziek: hoog-laag; hard-zacht; lang-kort; vol-leeg. Ik gebruik Europese compositietechnieken,maar de geest van mijn werk is Koreaans.' Inderdaad ademt zijn westers klinkende muziek een oosters-meditatieve sfeer. Vocale werken zijn vaak gebaseerd op Aziatische sprookjes en legenden, zoals zijn vier opera's, de cantate Naui Dang, Naui Minjokiyo (1987) en koorwerken als Om mani padme hum (1964) en O Licht (1981). Het orkestwerk Engel in Flammen en het koorstuk Epilog (1994) zijn indrukwekkende eerbetonen aan de studenten die door zelfverbranding protesteerden tegen de Park-dictatuur; het Celloconcert (1976) schildert op meeslepende wijze Vuns traumatische gevangenschap en de Vijfde symfonie voor bariton en orkest (1987) is een indringend pleidooi voor onderling begrip. Yun zei ooit dat zijn 'geweten bij de menselijkheid ligt'. Zijn muziek vormt hiervan de welluidende belichaming .

Oeuvre
4 opera's; 23 orkestwerken; 10 concerten; 15 vocaal/instrumentale werken; 50 kamermuziekstukken; 19 solostukken.