Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 04-11-2019

Vagotonie

betekenis & definitie

(Lat. vagus = zwervend; tonus = spanning) (genees k.), verhoogde spanningstoestand in het gebied, dat door de tiende hersenzenuw (= nervus vagus) van zenuwen voorzien wordt, d.w.z. vooral de borst- en buikingewanden. V. is gekenmerkt door nauwe pupillen, een neiging tot polsverlaging, te lage spanning in de slagaderen, onregelmatige ademhaling, hartkloppingen en extrasystolen, speekselvloed, oprispen, aerophagie, overmatige afscheiding der maag- en darmklieren, sterk zweeten e.d. De reactie op adrenaline is gering, die op pilocarpine zeer sterk met zweeten, speekselvloed en bloeddrukdaling, de hartreflexen bij druk op den oogbol zijn verhoogd. Het thymolymphatische stelsel is overmatig erbij ontwikkeld.

V. is het tegengestelde beeld van sympathicotonie, waarbij de bloeddruk hoog, de hartwerking snel, de lijder emotioneel, de digestie traag en de huid droog pleegt te zijn. Klessens.