Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 08-01-2020

R.K. Werkliedenverbond

betekenis & definitie

(Ned.), officieel: R. K.

Werkliedenverbond in Nederland, gevestigd te Utrecht, is de centrale organisatie der Kath. arbeidersbeweging.Aanvankelijk hadden de diocesane Volks- en Werkliedenbonden hun eigen centrale in de Federatie der Diocesane Volks- en Werkliedenbonden (opgericht 1906) en de Kath. vakbonden in het Bureau voor de R. K. Vakorganisatie (opgericht 1909). Op 1 Jan. 1925 werden beide centrales samengevoegd tot één centrale, gevormd door de 5 diocesane werkliedenbonden en 25 Kath. vakbonden. Op eigen werkterrein zijn deze bonden volkomen autonoom. Het W. heeft tot taak de belangen der aangesloten bonden te dienen, benevens de algemeene belangen hunner leden. Het bevordert voorts doelmatigheid en eenheid van werken en streven der geheele Kath. arbeidersbeweging en vertegenwoordigt haar zoowel inzake advies áán en overleg mét de Overheid, als wanneer algemeen en openbaar optreden noodig is.

Op 1 April 1938 was het ledental der aangesloten werkliedenbonden 151 944 en dat der vakbonden 173 506. Het wederzijds verplichte lidmaatschap voor het overgroote deel der leden geeft „dubbeltellingen”. Met vermijding daarvan was voor het W. het ledental 195 549. Het hóógste ledental was 213 956 op 1 April 1933.

Weerstands- en reservefonds inbegrepen, was begin 1937 het bezit van het W. rond 1 765 000 gulden en dat van de aangesloten vakbonden 8 516 000 gulden, ongeacht het bezit der werkloozenkassen. Over 1936 waren de inkomsten der aangesloten vakbonden 8 516 000 en de uitgaven 6 230 000 gulden. Het weekblad van het W., genaamd Herstel, berust op het verplicht abonnement der leden. Het maandelijksch tijdschrift Leering en Leiding heeft ca. 2000 abonné’s. Van de instellingen van het W., die overigens financieel zelfstandig zijn en eigen besturen en directeuren hebben, zijn de voornaamste:

1° Levensverzekering-Mij. „Concordia”, met een verzekerd kapitaal van ruim 37 millioen en een premiereserve van ong. 6 millioen gulden. Premie per jaar ruim een millioen gulden.
2° Vereeniging tot bestrijding der tuberculose „Herwonnen Levenskracht” met haar bekend sanatorium „Berg en Bosch” te Bilthoven. Het heeft 400 bedden, is ingericht op de meest veelzijdige verpleging met inbegrip van nazorg en is het grootste van Nederland.
3° N.V. „Drukkerij Lumax”, met een bruto-omzet van 425 000 gld. per jaar en omstreeks 100 man personeel.
4° N.V. „Dagblad De Volkskrant”, met een oplage van ca. 25 000.
5° De Centrale Volksbank, een spaarbank, die ruim 5 millioen gulden spaargelden beheert (twee diocesane spaarbanken, Roermond en Utrecht, bovendien nog ong. 3½ millioen gulden).
6° N.V. Nederlandsche Arbeidersbank, behandelt voor de beweging alle bankzaken en is ook op aanverwant gebied werkzaam.
7° Fonds voor Volkscrediet (met Borgstellingsfonds) is in 1938 zijn taak aangevangen.
8° Federatie der Dioc. Bonden van R.K. Coöperatieve Vereenigingen, met 121 aangesloten coöperaties (38 500 leden) en een omzet van 10 970 000 gld. in 1936.
9° Film- en Propagandacentrale, vnl. ten dienste der instellingen, geeft 300 à 400 geluidsfilm-avonden per jaar.
10° Kanunnik van Schaik-fonds, dat subsidie verleent voor studiekosten van priesterstudenten, zonen van leden der Kath. arbeidersbeweging.
11° Centrale Reiskas, organiseert officieel erkende bedevaarten naar Lourdes en elders.
12° Pensioenfonds ten dienste van bestuurders en personeel der Kath. arbeidersbeweging.

Kuiper.