Gem. in de Belg. prov. Brabant; opp. 903 ha, ca. 16 500 inw. (vnl. Kath.). O. wordt thans, als voorgemeen te, bij Groot-Brussel gerekend.
In 1262 stichtte Aleidis, weduwe van hertog Hendrik III, aldaar het Dominicanessenklooster van ’s Hertoginnendaal, een stift voor adellijke vrouwen, waarvan alleen nog de Romaansche St. Annakapel bewaard bleef. In 1368 kwam aan den rand van het Zoniënwoud de priorij Rooklooster (<( Roode klooster) van reguliere Augustijner kanunniken tot stand. De hagiograaf Jan Gielemans was er prior; de schilder Hugo van der Goes verbleef er 60 jaar als leekebroeder.
Beide kloosters werden opgeheven door Jozef II en verkocht door het Fransch bestuur. Van Rooklooster bleven nog enkele gebouwen over, doch de kerk brandde af in 1834. Lindemans.