Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 24-04-2019

Croce

betekenis & definitie

Croce - 1° Benedetto, Ital. kunsthistoricus, criticus en wijsgeer, veelzijdig en vruchtbaar schrijver, voornaamste vertegenwoordiger van het Hegelianisme in Italië; * 25 Febr. 1866 te Pescasseroli, in 1910 senator, van 1920-1921 minister van Onderwijs; staat afwijzend tegenover het fascistisch regiem, woont te Napels.

Voorn. werken: talrijke artikelen in het tijdschrift Critica (sinds 1903), vooral op het gebied van Ital. geschiedenis en letterkunde, aesthetica en staatkunde; Materialismo storico ed economia marxistica (1900); Lineamenti di una logica del concetto puro (1904); Estetica (1905); Hegel (1906); Filosofia della pratica (1908); Etica e politica (1910); Aspetti morali della vita politica (1919). Index: alle werken (1934). — Lit.: E. Chiocchetti, La filosofia di Benedetto Croce (Milaan 1924); H. Wildon Carr, The philosophy of Benedetto Croce (Londen 1917).

F. Sassen.

2° Giovanni, vermaard componist der Venetiaansche school, leerling van Zarlino; * ca. 1557, † 1609 te Venetië. C. was eerst zanger, daarna (1603) kapelmeester aan San Marco. Zijn uitgebreid werk bevat missen, psalmen en motetten, vooral madrigalen en capriccio’s. C. droeg ook het zijne bij in de ontwikkeling van het madrigaal tot karakteristieke beschrijvende muziek.

Lenaerts.