Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 20-03-2019

Bloedziekten

betekenis & definitie

Bloedziekten - Bij een groot aantal ziekten treft men aan veranderingen in de hoeveelheid en den aard der bloedcellen. Een plaatselijk ontstekingsproces, een longziekte, de aanwezigheid van ingewandswormen, kunnen hun weerslag geven in het bloedbeeld, wat men door het kleuren dezer cellen en het tellen der verschillende vormen kan nagaan.

Daarnaast kent men ziekten, die zich in hoofdzaak juist in bloedafwijkingen uiten en waar de stoornis vnl. in de bloedvormende organen te zoeken is. Dit zijn de echte bloedziekten. Hiertoe behooren de Leucaemiën: bloedziekten, waarbij de vorming der witte cellen gestoord is. Gewoonlijk zijn de witte bloedcellen hierbij zoodanig vermeerderd, dat men onder het microscoop beelden ziet, zooals weergeeft. De anaemiën (bloedarmoede) zijn gekenmerkt door het verminderd gehalte aan roode kleurstof en verminderde hoeveelheid roode bloedlichaampjes.

Bloedarmoede kan optreden tengevolge van bloedverlies, hetzij ineens een groote hoeveelheid of gedurende langen tijd kleine hoeveelheden bloed worden verloren, zooals dit bijv. dikwijls bij maagzweer het geval is. Ook kan bloedarmoede het gevolg zijn van een ziekteproces als tuberculose. Niet zelden treedt de bloedarmoede echter op zonder dat een bepaalde ziekte hieraan ten grondslag ligt en kan als een echte bloedziekte worden beschouwd. Een bijzondere plaats neemt hierbij in de zgn. pernicieuse anaemie .

Dit is een bepaald soort bloedarmoede, anaemie van Biermer, die steeds ernstiger wordt en na tijdelijk optredende verbetering in eenige jaren doodelijk is. Door het bloedonderzoek is de pernicieuse anaemie te onderkennen. Tot voor korten tijd kon behandeling der ziekte het verloop slechts weinig beïnvloeden. Amerikaansche onderzoekers hebben aangetoond, dat men deze zieken meestal in het leven kan houden en de bloedarmoede kan doen verdwijnen door hen regelmatig groote hoeveelheden lever te laten gebruiken. Om dit beter mogelijk te maken zijn leverextracten gemaakt, die in compacten vorm het werkzaam bestanddeel in groote hoeveelheid bevatten, terwijl thans zoonoodig de lever ook kan worden ingespoten.

Het ontstaan der ziekte schijnt samen te hangen met de omstandigheid, dat in de normale maag een bepaalde stof gevormd wordt, die bij lijders aan pernicieuse anaemie ontbreekt. Zoo is gebleken, dat ook extracten van (varkens) maag dikwerf een zeer gunstigen invloed op de ziekte hebben. Velen zien in de pernicieuse anaemie een soort avitaminose, een ziekte, ontstaan door gebrek aan een bepaald vitamine. De in de maag ontstane stof, die bij lijders aan pernicieuse anaemie ontbreekt, zou met een stof, die in het voedsel voorkomt, een bestanddeel geven, dat voor de bloedvorming noodzakelijk is.