van de arbeiders ook in de economische aangelegenheden van het bedrijfsleven wordt verdedigd op twee gronden: vooreerst vanuit het recht van de mens om als met rede begaafd wezen, voor zover de maatschappelijke verhoudingen dit toelaten, medeverantwoordelijkheid te dragen voor al datgene waarop zijn handelen is betrokken, in casu voor het verloop van het economische proces; vervolgens op grond van het feit, dat de arbeidsvoorwaarden (lonen, werkgelegenheid) in belangrijke mate afhankelijk zijn van de economische gang van zaken in het bedrijfsleven. Het welzijn van de arbeiders is in vele gevallen hierbij nauwer betrokken dan dat van de kapitaalverstrekkers, die echter op grond van hun eigendomsrechten bij de huidige verhoudingen eenzijdig de economische beslissingen kunnen treffen.
Dit recht van medezeggenschap kan op verschillende wijzen worden verwezenlijkt: bedrijfstuksgewijze (überbetrieblich) door een publiekrechtelijke organisatie van het bedrijfsleven en het toekennen van een paritair (gelijkgerechtigd) medebeslissingsrecht aan de arbeid, ook in de economische aangelegenheden die onder de bevoegdheid van de „schappen” vallen. Het is deze vorm, die het meest tegemoet komt aan de christelijk-sociale opvattingen. De medezeggenschap kan echter ook ondernemingsgewijze (innerbetrieblich) worden geregeld, door aan de arbeiders of de hen vertegenwoordigende vakbonden een medebeslissingsrecht toe te kennen, niet alleen in arbeidszaken en het personeelsbeleid, maar ook in de economische aangelegenheden van de ondernemingen zelf. Aan deze vorm wordt in het bijzonder in socialistische kringen aandacht geschonken (vgl. het streven van de Deutsche Gewerkschaftsbund). In katholieke kringen is deze vormgeving van de medezeggenschap van de arbeider in het beheer van de onderneming in de jongste jaren een vinnig omstreden probleem geweest.
Tussen arbeid en kapitaal bestaat er volgens katholieke leer geen tegenstelling, maar eerder onderlinge afhankelijkheid en solidariteit. Nu kan de verhouding tussen beide a priori op tweevoudige wijze geregeld worden: a. door het arbeids- of looncontract, waarbij de arbeider in ruil voor zijn arbeid een voorafbepaalde, onmiddellijk verworven vergoeding krijgt, maar geen aandeel heeft in winst of verlies, in beheer of eigendomsvermeerdering van de onderneming. Dit contract is op zichzelf niet onrechtvaardig (Quadragesimo Anno, n. 64). b. Door het contract van maatschap, waardoor alle deelgenoten betrokken worden in het beheer, de winsten en meestal ook de eigendom van de onderneming. Gedachten in deze richting, welke men reeds onmiddellijk na Rerum Novarum aantreft bij pioniers van de katholieke sociale gedachte, worden door de encycliek Quadragesimo Anno (n. 65) aangemoedigd. In dezelfde zin heeft ook paus Pius XII zich meermalen uitgesproken.
Tevens echter heeft Pius XII de opvatting, dat medebeheer in de zin van economische beslissingsmacht een positieve eis van natuurrecht zou zijn, afgekeurd. Het recht op medebeheer kan noch uit het arbeidscontract noch uit de aard der onderneming als noodzakelijke consequentie worden afgeleid. Bij een eventuele doorvoering van medebeheer, moet de economische beslissingsmacht van de eigenaar der productiemiddelen gevrijwaard blijven, evenals zijn persoonlijke verantwoordelijkheid. Economisch medebeheer in zijn uiterste toepassing, nl. als recht van medebeslissing over de goederen van de eigenaar, wordt dus afgewezen. Echter niet medebeheer in andere sectoren, zoals sociale voorzieningen, personeelsbeleid, menselijke betrekkingen in de onderneming e.d. Ook in de economische sector is medebeheer onder vorm van informatierecht (mithören) en beraadslaging (Mitsprache) niet uitgesloten en onder sommige omstandigheden zelfs bijzonder gewenst.
De Katholieke Kerk moedigt dus het streven naar medebeheer, binnen de grenzen door het eigendomsrecht bepaald, aan: zij bevordert een geleidelijke opgang naar een steeds ruimer medebeheer, op voorwaarde dat de vormen waarin dit medebeheer wordt beoefend economisch-doelmatig, sociaal bevredigend en psychologisch-verantwoord zullen blijken te zijn. A.A./C. V.G.