Jules Grandgagnage

Schrijver op Ensie

Gepubliceerd op 14-07-2021

Monisme

betekenis & definitie

Een filosofische opvatting waarin wordt gesteld dat de wereld bestaat uit slechts één stof: materie of geest. De belangrijkste stelling van de monisten is dat alle verschijnselen in de wereld terug te voeren zijn op één basisprincipe. De tegengestelde posities van het monisme zijn dualisme en pluralisme, die twee of meer basisprincipes veronderstellen.
Pas aan het einde van de 19e eeuw werd 'monisme' als term bedacht. Naast de filosofische betekenis wordt de benaming tegenwoordig ook gebruikt in politieke wetenschappen, rechten en religieuze studies.

Monisme is de filosofische positie die de ondeelbare eenheid van het zijn bevestigt. In deze visie is er door de fundamentele eenheid van de kosmos geen scheiding van materie en geest. Het monisme is daarom gekant tegen dualistische opvattingen, die een onderscheid maken tussen de materiële of fysieke wereld enerzijds en de psychische of spirituele wereld anderzijds.

Bij de Oudgriekse filosofen benadrukten Heraclitus en vooral Parmenides al bepaalde kenmerken van het monisme. Heraclitus doet dat door zijn dynamische visie op de kosmos. Hij neemt daarin de eenheid van tegenstellingen waar, terwijl Parmenides de eenheid van het Zijn bevestigt.
Aan de Nederlandse filosoof Spinoza wordt de eerste moderne ontwikkeling van het monisme toegeschreven . Hij identificeert de natuur met één enkele substantie die alles produceert wat kan bestaan.

Er zijn allerlei soorten monismen die elkaar soms ronduit tegenspreken. Het substantieel monisme - dat wordt onderscheiden van het attributief monisme (atomisme) - beschouwt alles als ondeelbaar en onveranderlijk, terwijl het fysisch monisme ofwel materialisme ervan uitgaat dat alles inclusief de geest is te herleiden tot materie, in tegenstelling tot wat het psychisch monisme (idealisme) beweert.