Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 13-02-2020

oude

betekenis & definitie

(-n) oude persoon nl.

1. m. en v. oude man, vrouw: zoals de -n zongen, piepen de jongen, wat de ouden (goed) deden, doen de jongen (gebrekkig) na.
2. m. Gemz. vader, baas, kapitein: vraag het de -.
3. Ouden, de volken van de Oudheid inz. de klassieke nl. de Grieken en Romeinen.