Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 12-02-2020

menselijk

betekenis & definitie

(mensələk) bn. en bw. (-er, -st)

1. mens zijnde; een wezen.
2. van, eigen aan, betreffende, behorend tot de mens : het lichaam; -e kennis; niets -s is hem vreemd; dwalen, zich vergissen is -; de -e ellende; -e zwakheden; naar -e berekening; indien haar iets -s overkwam, de dood. → opzicht.
3. het innigste van de mens rakend : Gezelle’s poëzie is zo diep -.
4. welwillend, zachtzinnig, humaan : zijn ondergeschikten behandelen.