menselijk
...
Ontdek ons tijdschrift
en lees alles over taal uit Nederland en Vlaanderen*Zolang de voorraad strekt
Wiktionary (2019)
menselijk - Bijvoeglijk naamwoord 1. zoals de mens ♢ Boos worden is nu eenmaal menselijk. 2. goed voor de medemens ♢ Als zij zich menselijk zouden opstellen waren er niet zo veel mensen gestorven. Woordherkomst Afleiding van mens met het ac...
Muiswerk Educatief (2017)
menselijk - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: men-se-lijk 1. wat te maken heeft met een wezen dat denkt en praat ♢het menselijk lichaam 1. vergissen is menselijk [troost voor wie zich vergist] ...
Marc de Coster (1998)
niets -s is mij vreemd diché- uitdr. waarmee de spreker aangeeft dat hij maar een mens is en bijgevolg onvolmaakt. Vertaling uit het Latijn: Homo sum, humaninil a me alienum puto;eigenlijk het antwoord van Chremes aan zijn buurman Menedemus in de Heautontimorumenosvan Terentius. Ook Cicero en Seneca gebruikten de dichtregel, maar dan als spreekwoo...
M. J. Koenen's (1937)
bn., bw.; mens zijnde; van den mens, den mens eigen, den mens betreffende; fig. welwillend, humaan: het menselijk lichaam; geen menselijk wezen, een menselijke zwakheid, dwalen is menselijk; het menselijk opzicht, vrees voor het oordeel van een ander mens; fig. de overwonnenen menselijk behandelen; verg. onmenselijk.
Jozef Verschueren (1930)
(mensələk) bn. en bw. (-er, -st) 1. mens zijnde; een wezen. 2. van, eigen aan, betreffende, behorend tot de mens : het lichaam; -e kennis; niets -s is hem vreemd; dwalen, zich vergissen is -; de -e ellende; -e zwakheden; naar -e berekening; indien haar iets -s overkwam, de dood. → opzicht. 3. het innigste van de mens rakend : Gezelle’...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: