('grondəch) bn. en bw. (-er, -st)
1. diepgaand, zakelijk, degelijk: -e kennis; iets overwegen. Syn. diep.
2. ingrijpend : een -e verbetering.
3. op vaste grond steunend, hecht, stevig : -e redenen.
4. met gronddeeltjes bezwangerd: water.
5. grondachtig: -e vis.