('fre:dərik)
I. Roodbaard (Barbarossa) keizer 1152-1190, uit het geslacht der Hohenstaufen, neef van Koenraad III, ontving, op zijn eerste tocht naar Italië, 1155 de keizerskroon, vereffende 1156 de geschillen met de Welfen, onderwierp op zijn tweede tocht naar Italië 1158 Milaan; ordende bij de besluiten van Roncaglia de rechten van vorst en onderdanen in de zin van het Romeinse recht en verbitterde hierdoor de Lombardische steden, die weer tegen hem opstonden; erkende 1159 de onwettig gekozen paus Victor IV tegen Alexander III, waarop deze een verbond sloot met de Lombardische steden; verwoestte 1162 Milaan, trok 1167 triomfantelijk Rome binnen, maar moest ijlings, wegens het uitbreken der pest, naar het noorden terugkeren; werd 1176 te Legnano verslagen en moest 1177, bij de Vrede van Venetië, paus Alexander III, 1183 bij de Vrede van Konstanz, de zelfstandigheid der Lombardische steden erkennen; deed 1186 zijn zoon Hendrik VI met Constantia, de erfgename van het koninkrijk Sicilië huwen, ondernam 1189 een kruistocht en verdronk 1190 in de Salef in Cilicië.
II. keizer 1215-1250, Hohenstaufer, zoon van Hendrik VI, 1197 koning van Napels en Sicilië, kwam wegens zijn niet gehouden kruistochtgelofte in strijd met paus Gregorius IX, trok 1228 geëxkommuniceerd naar Palestina, veroverde Jeruzalem en sloot 1230 de Vrede van San Germano met de paus, overwon 1237 de Milanezen bij Cortenuova; werd 1239 wegens bedreiging van de Kerkelijke Staat opnieuw in de ban gedaan en 1245 door Innocentius IV op de Algemene Kerkvergadering van Lyon afgezet, waarop in Duitsland 1246 Hendrik Raspe, 1247 Willem II van Holland tot tegenkoning werden verkozen. III. de Schone , van Habsburg, koning 1314-1326, zoon van Albrecht I, werd door de minderheid der keurvorsten tot koning verkozen, door zijn mededinger Lodewijk IV van Beieren 1322 bij Mühldorf verslagen, drie jaar gevangen gehouden en dan als mederegent aangenomen. IV. (III) keizer 1440-1493, neef van Albrecht II, 1452 te Rome tot keizer gekroond (de laatste daar gekroonde keizer), verloor Hongarije en Bohemen. Zijn regering is de langste in Duitsland.
V. (III) keizer 1888 = Frederik III van Pruisen.
