Cfoppsr) m. i-s). fopperij (pd'rij) v. (-en), fopspeen ('fop) v. (...spenen) [foppen] losse zuigspeen om kinderen zoet te houden, foraminifeer (foramini'fe.r) m. (...feren) [Lat. fommen, gat + ferre, dragen] een van de ééncellige wortelpotige diertjes met een klakhuisje, waardoor zij bijgedragen hebben tot de vorming van krijtlagen (Foraminiferum) : de straaldiertjes zijn ...feren; in het Maastrichtse tuf krijt vindt men overblijfselen van ...feren zo groot als dubbeltjes. * TB. DIERENRIJK 62. force (fors) v. [Fr. < Lat. fortis, sterk] geweld, kracht.
* parfors.^ [overmacht,