Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

droef

betekenis & definitie

bn. en bw. (droever, -st)

1. mistroostig, bedrukt: een droeve vrouw; te moede; zijn met iets.

Syn. ➝ bedroefd.

2. getuigend van leed: een droeve oogopslag.
3. leed veroorzakend: een droeve gebeurtenis; iets -s.
4. met leed doorgebracht: droeve jaren.
5. met leed gepaard: een droeve plicht.
6. een sombere stemming verwekkend: een droeve plaats.

< >