Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

donderen

betekenis & definitie

('dondərən) (donderde, gedonderd)

I. (heeft)
1. rommelen van de donder : het dondert.
2. een donderend geraas maken : het van het geschut.
3 heftig te keer gaan, uitvaren : tegen een misbruik -.
4. Plat. gooien, smijten : iemand uit zijn huis -.
5. lastig doen, zeuren : lig nu niet te -.
6. Stud. plagen : een groene -.
7. Plat. er op aankomen : dat dondert niet.
8. Plat. schelen : dat kan hem niets -.

II. (is) met geweld vallen : van de trap -.