Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

deelwoord

betekenis & definitie

o. (-en) [deelt in de eigenschappen van het wkw. en het bn.] Taalk. vorm van het werkwoord dat een hoedanigheid of eigenschap uitdrukt b. v. „overhellende” rotsen; „spelende” kinderen; „roepend” is het tegenwoordig of onvoltooid, „geroepen” het verleden of voltooid van roepen.