Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 29-06-2020

Busken Huet

betekenis & definitie

('buskən hu'et) (Conrad) Nederlands letterkundige, 0 28 dec. 1826 te ’s-Gravenhage uit een Frans geslacht, eerst Waals predikant te Haarlem, later in de redaktie van De Gids, daarna redakteur van De Javabode in Indië, stichtte er het Algemeen Dagblad van Nederlands-Indië, kwam naar Europa terug en vestigde zich te Parijs vanwaar hij zijn blad bestuurde en er † 1 mei 1886. Hij is vooral bekend als criticus door zijn Litterarische Phantasieën en Kritieken (26 dln).

Daarnaast schreef hij, na zijn Indische periode, reisindrukken, vermengd met kunstbeschouwingen o. a. Van Napels naar Amsterdam (1877), Parijs en Omstreken (1878); Het Land van Rubens, Belgische Reisherinneringen (1879); Het Land van Rembrandt 1884); De criticus Huet is vol waardering voor wat werkelijk oorspronkelijk is en een eigen karakter draagt, maar minderwaardigheid haalt hij meedogenloos naar beneden. Hij is soms subjektief, maar steeds fris, geestig en boeiend.

< >