(’boek) m. (...laren, -s) verkoper van boeken : een in oude boeken heet antikwaar.
boekhouden ('boek)
I. (hield boek, heeft boekgehouden)
1. in een of meer boeken ontvangsten en uitgaven optekenen : een beroerde financier, die niet eens boekhoudt.
2. in een aantekenboekje opschrijven : hij houdt boek van de taalvrijheden die hij zich veroorloven mag.
II. o. het boekhouden als kunst of beroep : leraar in het -.
Enc. Het dubbel of Italiaans boekhouden [de oudste aanduidingen ervan, komen uit Italië] verschilt hierin van het enkel boekhouden, dat alle posten dubbel geboekt worden, te weten als vermeerdering van schuldvordering tegen vermindering van waren, of ais vermindering van kas tegen vermeerdering van waren, en dat het zich uitstrekt over alle delen van een bezitting of handelszaak.