(attri'bu:t) o. (...buten) [Lat. attributum < attribuere, toekennen . wat toegekend wordt nl.
1. wezenlijke eigenschap : de ...buten van God.
2. zinnebeeldig kenteken : de zeis is eenvan de dood.
3. Taalk. bijvoeglijke bepaling : in „de goede man” heeft „man’’ „goed” als -. Tgst. predikaat.