het oudste document van het rabbijnse jodendom. De Misjna werd aan het begin van de derde eeuw n.
C. samengesteld onder leiding van de vooraanstaande rabbi en patriarch Jehoeda ha-Nasi. Het is een omvangrijke selectie en compilatie van meestal uit Tenach afgeleide maar ook onafhankelijk daarvan opgestelde halachische regels (Halacha) voor het joodse leven, al geeft de Misjna in veel gevallen meerdere visies weer zonder een bindende halacha te formuleren. Veel van deze stof was eeuwenlang alleen mondeling overgeleverd in tannaïtische kring. Met de Misjna werd de grondslag gelegd voor het latere rabbijnse jodendom. De Talmoed, het meest gezaghebbende document van het traditionele jodendom, is in feite niets anders dan een grootschalig commentaar op de Misjna (Gemara). De Misjna is onderverdeeld in zes thematisch samenhangende afdelingen [sedarim, ‘ordeningen,’ geheten) en 63 tractaten (massechtot).Seder Zera‘im (zaden) bevat 11 traktaten: Berachot (zegenbeden) over verschillende zegenspreuken, m.n. het reciteren van het Sjema; Be’ah (hoek) over het recht van de armen de vruchten van de hoeken van een veld te oogsten; Demaj (het twijfelachtige) over twijfelachtige vruchten als het gaat om afdragen van de tienden aan priesters; Kil’ajim (twee soorten) over het verbod op vermenging van twee soorten gewassen, stoffen of dieren; Sjevi'it (zevende [jaar]) over de regels voor het agriculturele sabbatsjaar; Teroemot (hefoffers) over het aan de priesters af te dragen deel van de oogst; Ma'aserot (tienden) over de aan de Levieten af te dragen tienden van de oogst; Ma'aser sjeni (tweede tiende) eveneens over afdracht van tienden; Challa (deegoffer) over hefoffers van meel; Orlah (voorhuid) over de eerste boomvruchten; Bikkoerim (eerstelingen) over af te dragen eerste vruchten.
Seder Mo'ed (vastgestelde tijd) bevat 12 traktaten: Sjabbat over de voorschriften voor het houden van de sabbat; Eruvin (vermengingen) over de mogelijkheid tot uitbreiding van de sabbatsgrens; Besachim met de voorschriften voor het Pesachoffer; Sjekalim over de belasting van een halve sjekel voor de instandhouding van de offerdienst in de tempel; Joma (de dag) over de Grote Verzoendag (Jom Kipoer); Soeka over het Loofhuttenfeest (Soekot); Jom tov (feestdag, ook wel Betsa, het ei, genaamd) met algemene voorschriften voor feestdagen; Rosj ha-sjana over de regels voor het Nieuwjaarsfeest; Ta'anit (vasten) met voorschriften voor vastendagen; Megilla (de rol [van Esther]) over het voorlezen van Esther op Purim; Mo'ed Qatan (het kleine feest) over de halve feestdagen; Chagiga (feestoffer) over de drie pelgrimsfeesten.
Seder Nasjim (vrouwen) telt zeven traktaten: Jevamot (schoonzusters) over het zwagerhuwelijk (Leviraat); Ketubot over huwelijksacten; Nedarim over geloften; Nazir over de Nazireaatsgelofte; Gittin (scheidingsbrieven) over echtscheidingsrecht; Sota (de van echtbreuk verdachte vrouw) over overspel; Qiddoesjin over verloving.
Seder Neziqin (schadegevallen) telt 10 traktaten: Bava Qamma (eerste poort), Bava Metsïa (middelste poort) en Bava Batra (laatste poort) behandelen vooral civielrechtelijke kwesties; Sanhedrin gaat over strafrecht; Makkot (slagen) over de geselstraf; Sjevoe'ot (eden) over het zweren; Edoejot (getuigenissen) over een groot aantal onderling niet samenhangende halachische kwesties, vaak met reeksen controversen tussen verschillende scholen (Hillel); Avoda zara (vreemde dienst) over afgoderij; Avot (vaderen) met ethische uitspraken van vele schriftgeleerden, niet-halachisch; Horajot (beslissingen) over hoe te handelen in geval van foute halachische beslissingen.
Seder Qodasjim (heilige zaken) bevat u traktaten: Zevachim over het brengen van offers in de tempel; Menachot over spijsoffers; Chullin (profane zaken) over het slachten van dieren voor normale consumptie; Bechorot (eerstelingen) over de eerstgeborenen van het vee; Arachin (schattingen) over de geschatte waarde van personen, dieren, akkers e.d.; Temoera (het vervangen [dier]) over substitutie van een offerdier; Keritot (afgesnedenen) over de straf van uitroeiing door het hemelse gericht; Me'ila over heiligschennis; Tamid over het dagelijkse morgen- en avondoffer; Middot (maten) over de afmetingen en inrichtingen van de tempel; Kinnim (vogelnesten) over het offeren van duiven.
Seder Tohorot (reinheden) bevat 12 traktaten: Kelim (gebruiksvoorwerpen) over onreinheid van huisraad; Oholot (tenten) over lijkonreinheid; Nega'im over de tekenen van melaatsheid; Para (koe) over het ritueel van de rode koe; Tohorot (reinheden) over ernstige vormen van onreinheid; Mikwa’ot over onderdompelingsbaden na verontreiniging; Nidda (de menstruerende) over de reinheidsregels voor menstruatie en andere bloedvloeiingen; Machsjirin (zaken die iets kosjer maken) over de verontreiniging van levensmiddelen door vloeistoffen en het kosjer maken; Zavim (zij die aan een vloeiing lijden) over allerlei vormen van verontreinigende lichaamssecretie; Tevoeljom (hij die zichzelf op die dag onderdompelde) over onreinheid tot aan zonsondergang; Jadajim (beide handen) over ritueel handenwassen; Oektsin (steeltjes) over de onreinheid van steeltjes, pitten, schillen e.d.