een rotsvesting aan de westoever van de Dode Zee, circa 600 meter boven de zeespiegel. Masada is vooral bekend door het verhaal van Josefus over de ondergang aldaar van de laatste Zeloten en door de spectaculaire opgravingen van de paleizen van koning Herodes I.
De rots Masada met zijn grote vlakke plateau (tafelberg) werd tussen 37 en 31 v. C. door Herodes gebruikt voor de bouw van een aantal residentiële paleizen met de daarbij horende voorraadschuren, cisternes en verdedigingswerken. Na zijn dood (4 v. C.) is er waarschijnlijk geruime tijd een Romeins garnizoen gehuisvest geweest totdat het fort aan het begin van de eerste joods-Romeinse oorlog (66-74) door de Zeloten werd veroverd; het viel pas als laatste anti-Romeinse bolwerk in mei 74 en Josefus vertelt het gedramatiseerde verhaal over de collectieve zelfmoord van de 960 laatste verdedigers in dat jaar (Bellum 7.400).In de jaren 1963-1965 is het gehele complex van gebouwen op Masada door de Israëlische archeoloog Yigaël Yadin in een grootse campagne opgegraven en deels gerestaureerd. Bij deze opgraving werden ook enkele fragmenten van bijbelteksten en andere vroegjoodse geschriften gevonden en tevens ontdekte men er een van de alleroudste synagogen in het land Israël, gebouwd vóór de verwoesting van de tempel. Uit de vroege Byzantijnse tijd (5de-6de eeuw) vond men er een kerkje. Sinds de jaren ’60 van de vorige eeuw fungeert Masada als ideologisch geladen symbool van joods verzet en worden recruten van het Israëlische leger er ingezworen.