Oosterwyk (Dorp)

betekenis & definitie

Het Dorp OOSTERWYK, gelegen aan de zamenvloeijing van twee riviertjes, drie uuren gaans ten Zuidwesten van de Stad 's Hertogenbosch. Het is een aanzienlijk Vlek, voerende den naam van Vrijheid; eene benaaming, eigen aan zodanige Plaatzen, die, hoewel Muuren, Wallen noch Graften hebbende, nogthans van 's Lands Opperheeren bijzonder bevoorregt zijn. Eene zeer bloeiende en welvaarende Plaats, indien de aloude berigten waarheid behelzen, moet eertijds Oosterwijk geweest zijn: men vondt 'er wel vijfhonderd Wollen Weefgetouwen; 'er was een Straatweg ter lengte van vijfhonderd schreden, ten wederzijden met Huizen digt betimmerd, en op voegzaame afstanden voorzien van Putten, ten dienste der Ingezeetenen. Hoe 't zij, de Plaats, hoewel niet doodstil, is, egter, op verre na niet zo leevende. Op een ruim Marktveld, worden, behalven de Weeklijksche, drie Jaarmarkten gehouden. Op het veld staat een van ouds vermaarde Lindeboom, met een zeer breeden kruin, met eene menigte paalen gestut en geschraagd; hij geeft een nuttig lommer ten dienste der Boeren, welke hier hunne Boter koomen venten. Het Raadhuis, een nieuwmodisch gebouw, staat digt bij dien boom. De Kerk is een tamelijk goed gebouw, uit wiens midden een fraai Torentje ten dake uit steekt. De Leeraar, welke hier predikt, verrigt ook den dienst te Udenhout. De Roomschgezinden, verre weg de talrijkste Ingezeetenen, hebben verscheiden Vergaderplaatzen. Een vermaard Vrouwenklooster, van den derden regel van ST. FRANCISCUS, welk 'er eertijds stondt, dient thans tot een ander gebruik. Voorts telt men te Oosterwijk ruim derdehalf honderd Huizen. Het Geregt bestaat uit den Kwartierschout, zeven Schepenen, even zo veele Gezwoorenen en een Geheimschrijver. Zes Dorpen zijn aan het Regtsgebied der Plaatze onderworpen.