KENAU SIMONS HASSELAAR, DOGTER van SIMON HASSELAAR, EN WEDUwe van NANNING BORST: EEN Spreekend voorbeeld van heldenmoed, in de zwakkere kunne, en van oprechte liefde tot het Vaderland, kan den Nederlanderen niet te dikmaals in ’t geheugen herinnerd worden. Jammer is ’t alleen, dat van deeze dappere Vrouwe geene meerder bijzonderheden, in ’s Lands Geschiedenissen, staan aangetekend.
Alleenlijk weet men, dat zij uit een der aanzienlijkste Huizen te Haarlem gesprooten, van een deugdzaam en onbesproken gedrag en Weduwe was, ten tijde als zij haare heldhaftigheid, ten algemeenen beste, vertoonde, geduurende het gedugt beleg der gemelde Stad, ’t welk in den Jaare 1573 voorviel. Aanleiding daar toe gaf het onder den voet schieten van de St. Janspoort, door de Spanjaarden, en ’t gevaar, welk hier door der Stad dreigde, om stormenderhand te zullen bemagtigd worden. Om dit te voorkoomen, rijde men gelijkerhand te werk. Groot en klein, jong en oud, rijk en arm, elk vertoonde zich aan den Wal, voorzien van schup en spade, om tegen den naderenden vijand een Bolwerk op te werpen en eene Gragt te delven. Dit ontvonkte den Patriotschen ijver van KENAU HASSELAAR, DIE, OM ’t werk te spoediger voort te zetten, haar ontwerp, om mede deel te neemen aan den arbeid en voorts aan de verdeediginge der Stad, aan andere Vrouwen mededeelde.
Dikmaals ontmoet men menschen, die, door besluiteloosheid of gebrek aan aanleidinge, uit zich zelve niets van gewigt onderneemen; doch, bij ’t verschijnen van gepaste aanleidinge, of door anderen gewakkerd, zomtijds uitmunten in heilzame bedrijven. Zo ging het ook te Haarlem. KENAU HAD GEEne kennis gegeeven van haar besluit, aan eenige haarer meest bekende Vriendinnen, of ’t verspreidde zich, even als een loopend vuur, door de Stad. Onder haare Baniere verzamelden zich eerlang driehonderd Vrouwen, over welke, als zo veele Amazonen, zij het opperbewind voerde. Niet alleen tot den opgemelden arbeid booden zij de hand, maar, in haar gewoon Vrouwengewaat uitgedoscht, en met Spies en Vuurroer gewapend, verscheenen zij ook op de Wallen, om van daar den dreigenden gedugten vijand alle mogelijke afbreuk te doen. KENAU, HOEWEl haare kloekmoedige onverzaagdheid het verlies der Stad niet konde verhoeden, genoot, egter, in haar eigen gemoed het loon haarer trouwe diensten, en, in ’t volgende jaar, dat der Heeren Staaten van Holland en Zeeland, begiftigende deeze dappere Vrouwe met het Waagmeesterschap, als mede het Ontvang van den nieuwen Impost op de Turf, te Arnemuiden.