zoon van Keizer MAXIMILIAAN en van MARIA VAN VALOIS, die de dogter was van Hertog KAREL DEN STOUTEN, werd gebooren te Brugge, den 20 Junij, van het Jaar 1478. Den ouderdom van vier Jaaren had hij naauwiijks bereikt, toen zijne moeder, door een val van het paard, uit het leven gerukt werd. Geduurende zijne minste rjaarigheid, regeerde zijn vader, als voogd, over zijne moederlijke Erflanden. FILIPS, den ouderdom van 16 jaaren bereikt hebbende, aanvaardde de Regeering in eigen persoon, onder de Tijtels van Aartshertog van Oostenrijk, Hertog van Bourgondien, Graave van Habsburg, Holland, Vlaanderen, Zeeland, enz enz. waar bij naderhand nog kwam de tijtel van Koning van Arragon; dien hij verkreeg, door zijn huwelijk met JOHANNA, dogter van FERDINANT, Koning van Arragon, en ISABELLA, Koninginne van Kastilie en Leon. Dus verkreeg hij den naam van FILIPS den I, Koning van Spanje, dog heeft die hoogheid niet lang bezeeten.
Hij hield zijnen bruiloft, in het jaar 1496, te Lier, in Braband, Vijf Jaaren daarna stierf de moeder van JOHANNA, in Spanje; en met haaren dood, begreepen de Spanjaarden, dat FERDINAND van Arragon geen deel meer had aan Kastilie en Leon, maar dat deeze Koninkrijken moesten overgaan op JOHANNA, oudste dogter van ISABELLA, en haaren Gemaal FILIPS van Oostenrijk; ook zonden zij met ’er daad de Kroon van Spanje naar Brussel. In het Jaar 1505 vertrokken FILIPS en JOHANNA, met een magtige Vloot naar Spanje, doch werden, door een geweldigen storm, genoodzaakt, in een der Engelsche havens binnen te loopen. Koning HENDRIK ontving hen, volgens hunnen rang, vorstelijk; doch, om Staatkundige redenen, hield hij hen langer op, dan hun lief' was. Zij vertoefden aldaar tot in de Lente van het Jaar 1506 , en vervolgden toen hunne reize naar Spanje, waar van zij, tot groot ongenoegen van FERDINAND, bezit namen. Te vergeefs had deeze aan zijnen schoonzoon 500,000 dukaaten Jaarlijks geboden, indien hij in de Nederlanden wilde blijven. Doch, gelijk wij reeds te kennen gaven, FILIPS was niet zeer lang meester van die nieuwe heerschappij: want reeds een half jaar na zijne overkomste in Spanje, overleed hij, op den, 26 September, in het Jaar 1506, in het 28 Jaar zijns ouderdoms, niet zonder vermoeden van vergeeven te zijn; althans, word dit verzekerd door Spaansche Schrijvers, Doch anderen schrijven zijnen dood toe aan een te schielijken dronk, na dat hij zig in de kaatsbaan buitengemeen verhit hadZijne weduwe nam, na zijnen dood, het Rijksbestier wel ter hand, maar niet zonder onrust en moeite onder de voornaamsten der Rijksgrooten. JOHANNA was, door minnenijd, tegen haaren man opgevat, haarer zinnen bijster geworden. FERDINAND kwam uit Napels terug, en bragt alles in order. Ook werd aan hem de heerschappij over Castilie geduurende zijn leven, opgedraagen,schoon MAXIMILIAAN die zulks voor zig zelven begeerde.
FILIPS was, onder de Koningen van Spanje , de eerste van dien naam, onder de Hertogen van Bourgondie de derde; onder de Graaven van Holland de tweede. Bij zijne Gemalin had hij verwekt KAREL, naderhand Keizer, gebooren in het Jaar 1500; FERDINAND, in het Jaar 1503; ELEONORA, in het Jaar 1498; JOHANNA, in het Jaar 1504; en ISABELLA, na zijn overlijden, in het Jaar 1506.
Wij konnen niet voorbij hier aantemerken, dat, door veele Schrijvers, een misslag begaan word, met te stellen, dat door het huwelijk van deezen FILIPS met JOHANNA, de Nederlanden aan Spanje gekoomen zijn; daar, integendeel, door dat zelfde huwelijk Spanje aan de Nederlanden gekomen is, naardien FILIPS eerder Graaf van Holland en Zeeland was, dan hij Koning van Spanje wierd. Ook was het voor de Nederlanden, in dien tijd, wel roemrijk, doch ook kostbaar, en had naderhand de ongelukkigste gevolgen, in ’t bijzonder onder zijnen kleinzoon FILIPS DEN II, Koning van Spanje, en den derden der Graaven van dien naam. Om FILIPS DEN I met luister naar Spanje te doen trekken ; werd het Land zwaar belast. Hij verpandde zijne heerlijke goederen en domeinen; het geld, daar voor ontvangen , werd ingepakt en naar Spanje gezonden. Juweelen; gouden en zilveren vaatwerk; de gouden tafel; gouden en zilveren beelden; de groote en vermaarde kroon van diamanten; het goud van Vlaanderen; de kostbaare tapijten, en al wat heerlijk was, werd ten Lande uitgevoerd naar Spanje. De waarde der juweelen alleen werd geschat op negen milijoenen.
LE KLERK, Toneel der KeIzeren; PONTANUS, VAN METEREN, enz, enz.