waarschijnlijk afkomstig van het geslacht van DENNETIERES, voortgesproten uit dat van ABBEVILLE, dat ten hoogsten toppunt van aanzien is opgeklommen. LODEWIJK DENNETIER was in dienst van den Prinse VAN CHIMAIJ.
In handen van PARMA vallende, verliet hij de partij der Staatschen. Doch NICOLAAS DENNETIER, die tot de zamenverbondene Edelen behoorde, schijnt daarbij standvastig gebleeven te zijn.Zie STRADA; Jaarboeken van Brugge; TE WATER, bl. 332.