Hoséa, een Israëlietisch profeet en zoon van Beëri, leefde in de 8ste eeuw vóór den aanvang onzer jaartelling. Het boek, dat zijn naam draagt, staat in het Oude Testament aan het hoofd der 12 kleine Profeten. Hij ijvert daarin tegen de bedorvenheid van Israël en tegen zijn bondgenootschap met Assyrië.
Zijn stijl is duister, maar niet van dichterlijke schoonheid ontbloot. — Er komen in het Oude Testament meer personen vóór, die den naam van Hoséa dragen. Tot hen behoort ook de laatste koning van het Israëlietische rijk, die in 722 vóór Chr. door Salmanasser overwonnen en als balling weggevoerd werd.
