Definities van Groot woordenboek der Nederlandsche taal in de Ensie M
- Melkeppe
- Melker
- Melker (1)
- Melker (2)
- Melkerij
- Melkes
- Melketer
- Melkgevend
- Melkgezuurd
- Melkglas
- Melkig
- Melkinrichting
- Melkkleurig
- Melkklier
- Melkkruid
- Melkmaat
- Melkonderzoek
- Melksalon
- Melkster
- Melksterilisatie
- Melkstoeltje
- Melksuiker
- Melktanden
- Melkverwekkend
- Melkverwekking
- Melkweg
- Melkweger
- Mellewijt
- Melodica
- Melodie
- Melodieus
- Melodisch
- Melodrama
- Melodramatisch
- Meloen
- Meloenachtig
- Meloenappel
- Meloenboompje
- Meloenglas
- Meloenkwallen
- Melomaan
- Melomanie
- Melote
- Melotten
- Melpomene
- Meltbak
- Melter
- Melterij
- Meluw (1)
- Meluw (2)
- Mem
- Membraan
- Memel
- Memelig
- Memento (1)
- Memento (2)
- Memmekenskruid
- Memorabel
- Memorandum
- Memoreeren
- Memoriaal
- Memoriam
- Memorie (1)
- Memorie (2)
- Memorieboekje
- Memoriseeren
- Men
- Mena(c)hem
- Menage
- Menageboek
- Menageeren
- Menageketel
- Menagère
- Menagerie
- Menageus
- Menagewater
- Mendelen
- Mendeur
- Meneer
- Meneeren
- Menestreel
- Mengbaar
- Mengbak
- Mengel
- Mengeldichten
- Mengelen
- Mengeling
- Mengelklomp
- Mengen
- Menger
- Menging
- Mengingrekening
- Mengingsgewicht
- Mengkamer
- Mengkoren
- Mengsel
- Mengzaad
- Menhir
- Menie
- Meniebrander
