meekomen - onregelmatig werkwoord
uitspraak: mee-ko-men
1. samen met andere mensen komen
♢kijk het zusje van Tony is ook meegekomen
2. net zo goed en snel zijn als anderen
♢Jacky kan op school niet goed meekomen
Onregelmatig werkwoord: mee-ko-men
ik kom mee (... ik meekom)
jij/u komt mee (... jij meekomt)
hij/zij komt mee (... hij meekomt)
wij/zij/jullie komen mee (... wij meekomen)
ik/jij/u/hij/zij kwam mee (... ik meekwam)
wij/zij/jullie kwamen mee (... wij meekwamen)
hij is meegekomen
de/het/een meegekomen ....
Gepubliceerd op 31-10-2017
meekomen
betekenis & definitie