Definities van Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal in de Ensie S
- stouwen
- stoven
- stovengeld
- stovenhok
- stovenzetster
- straal
- straalbrekend
- straalbreking
- straalbundel
- straaldier
- straalsgewijze, straalsgewijs
- straat
- straatarm
- straatbelasting
- straatbrak
- straatdeun
- straatgeld
- straatjesvolk
- straatjeugd
- straatjongen
- straatkapoen
- straatkei
- straatklinker
- straatkreet
- straatlantaren, straatlantaarn
- straatmuzikant
- straatnimf
- straatremedie
- straatrover
- straatschender
- straatschenderij
- straatslijper
- straatsteen
- straattaal
- straattoneel
- straattype
- straatweg
- Strabo
- stradivarius
- straf, straffe
- strafbaar
- strafbepaling
- strafexerceren
- straffeloos
- straffen
- strafgevangenis
- strafheid
- strafkolonie
- strafmiddelen
- strafoefening
- strafplaats
- strafport
- strafrecht
- strafrechtelijk
- strafrechter
- strafschop
- strafschuldig
- straftijd
- strafvordering
- strafwaardig
- strafwerk
- strafwet
- strafwetboek
- strafwetgeving
- strafzaak
- strak
- strakjes
- straks
- stralen
- stralend
- stralenkrans
- stralenkroon
- stram
- stramheid of strammigheid
- stramien
- stramienen
- stramijn
- stramp
- strand
- stranddief
- stranddieverij
- stranden
- strandgezicht
- strandgoed
- stranding
- strandjutter
- strandlijn
- strandloper
- strandmeer
- strandmeester
- strandmuur
- strandpaal
- strandpluvier
- strandrecht
- strandroof
- strandstoel
- strandvlo
- strandvogel
- strandvond
- strandvonderij
