De geschiedenis van de letter G is gelijk aan die van de C. Beide lettertekens waren oorspronkelijk slechts twee verschillende manieren om één letter te schrijven.
Deze letter ontwikkelde zich waarschijnlijk uit een tekeningetje, dat een kameel voorstelde. In het Griekse alfabet bezetten de G en de C tesamen de derde plaats in het rijtje lettertekens. De Grieken spraken van de ‘gamma’ en schreven die op twee manieren. Toen de Romeinen het Griekse alfabet overnamen, veranderden ze die tekens in G en C - en pas toen begonnen beide tekens een zelfstandig leven. In de Nederlandse taal kan de letter G op verscheidene manieren worden uitgesproken. De woorden ‘goed’ en ‘passagier’ maken dat duidelijk.