Gouden horizon encyclopedie

Dr. B.M. Parker (1959)

Gepubliceerd op 07-10-2024

ANDERSEN, hans-christian

betekenis & definitie

(1805 - 1875) Al een eeuw lang luisteren kinderen uit vele landen met intens plezier naar de sprookjes van Andersen. Een ervan is het bekende verhaal van het lelijke, jonge eendje - en dat sprookje lijkt veel op de geschiedenis van de schrijver zelf.

Andersen werd geboren in een klein, Deens vissersdorp. Zijn vader was schoenmaker; als hij tijd had, las hij zijn zoon de vertellingen van het Deense volk voor. Hans-Christian was een schuwe, verlegen jongen; hij was groot en mager en een beetje ziekelijk en omdat de kinderen uit de buurt hem altijd een beetje voor de mal hielden, was hij het liefst alleen. Toen Hans-Christian 11 jaar was stierf zijn vader. Als leerjongen kwam hij toen in dienst bij verscheidene bazen, maar er was geen enkel beroep dat hem lag. Hij hield er veel meer van om zijn vrienden te amuseren met zijn liedjes en tenslotte besloot hij om toneelspeler te worden.

Op zijn 14e jaar vertrok hij naar Kopenhagen om daar zijn geluk te beproeven. Drie jaar lang had hij het erg moeilijk; toen gaf hij zijn toneeldroom op en begon gedichten te schrijven. Die verzen trokken de aandacht van de Deense koning; deze verstrekte Andersen het geld om te studeren en, later, om reizen te maken. Andersen schreef gedichten, toneelstukken en reisverslagen. Om de tijd te vullen schreef hij eens vier kindersprookjes. Maar die hadden zo’n overweldigend succes bij het jeugdige publiek, dat hij er meer ging schrijven.

En juist door die sprookjes werd Andersen tenslotte een wereldberoemd verteller. Het ‘lelijke eendje’ uit het vissersdorp werd op latere leeftijd de vriend van talloze beroemde mannen.

< >