Volgens Lucas 2: 22-40 begaven de ouders van Jezus zich op de veertigste dag na zijn geboorte naar de tempel om overeenkomstig de bepalingen van de wet een offer op te dragen. Daar werd Hij ontvangen door de hogepriester Simeon en de profetes Anna. Jozef brengt twee duiven, het offer van de armen naar de tempel.
Het schildersboek van de berg Athos beschrijft het tafereel als volgt: ‘...een tempel met een koepel. De heilige Simeon, de ontvanger Gods, houdt de zuigeling Christus in zijn armen terwijl deze hem zegent. De Allerheiligste staat aan de andere kant van het paneel en strekt haar armen naar hem uit. Achter haar staat Jozef, met in zijn gewaad twee duiven. Naast hem de profetes Hanna, die naar Christus wijst en op een blad papier zegt: ‘Dit kind heeft hemel en aarde geschapen.’ De Opdracht van Jezus in de tempel wordt in het Slavisch genoemd ‘de Ontmoeting van Onze Heer Jezus Christus’ (gr. Hypatante, ontmoeting) namelijk de ontmoeting met de kerkelijke autoriteiten. Het feest wordt op 2 februari gevierd.