Groot wielerwoordenboek

Marc de Coster (2009)

Gepubliceerd op 25-05-2017

moraal

betekenis & definitie

Gallicisme, naar het Franse ‘moral’. Bedoeld wordt eigenlijk ‘moreel’: gemoedsgesteldheid van een renner of ploeg. Wel of geen moraal hebben betekent dus wel of niet zin hebben om er tegenaan te gaan, om te winnen; al dan niet in vorm zijn.

In het voorjaar reden Goens en Van Lancker de Belgen zo voorbij. En wij die Belgen weer. Maar die Franse maten hebben op die baan zo’n vreselijke goeie moraal. (Leeuwarder Courant, 22/10/1968)

Twee dagen na de catastrofale slag likt de Rabobankploeg van de bepleisterde Michael Boogerd nog de wonden. Vanmorgen, voor de start van de rit naar Blois, maakte de kopman de tussenbalans op. De ‘moraal’, zoals dat in wielerjargon heet, is nog niet wat het wezen moet, maar toch gloort er hoop op een goed vervolg. (Het Parool, 07/07/1999)