Groot wielerwoordenboek

Marc de Coster (2009)

Gepubliceerd op 25-05-2017

jacht

betekenis & definitie

Verhoging van het tempo; de achtervolging. Term die vroeger veel bij de zesdaagse werd gebruikt. Frans: la chasse. Engels: chase. Kijk ook onder georganiseerde jacht.

Hij (Ferdinand Kuebler, nvdr) behoorde in die Parijse zesdaagse tot de figuratie en hij had een maat, de ex-wereldkampioen Hans Knecht, die na een half uur serieuze jacht al om zijn moeder en om versterkende middelen begon te jammeren. (Martin W. Duyzings: Sport op twee wielen. 1950)

Toen dertig kilometer voor de finish Roger de Vlaeminck een vluchtpoging waagde op de Volkegemberg, bemoeide Jan Raas zich energiek met de jacht. (Wim Amels: Klassiekerkoning Jan Raas. 1984)