Handbal is een sport, die mogelijk in Duitsland het eerste is gespeeld, hoewel de Denen er ook vroeg bij zijn geweest. De belangstelling voor het handbal is in Nederland niet met die voor voetbal te vergelijken, maar toch neemt deze sport tussen de veldsporten een belangrijke plaats in.
De handbalsport lijkt overigens wel wat op voetballen; het 'ene, maar dan ook levensgrote verschil is, dat de spelers de bal niet met de voet mogen aanraken. Maar verder bestaat een handbalploeg ook uit elf spelers: een doelman, twee achterspelers, drie halfspelers en vijf voorhoedespelers; duurt een wedstrijd tweemaal 30 minuten en bevindt er zich rondom elk doel een gebied, waarin alleen de doelman zich mag bevinden. Van de rand van dit gebied af proberen de aanvallende spelers de bal achter de doelman van de tegenpartij te werpen. Hieruit volgt vanzelfsprekend, dat de spelers moeten oprukken naar het vijandelijke doelgebied. Er is verder een regel, die het een aanvallende speler verbiedt meer dan drie passen achtereen te doen; vóór zijn vierde stap moet hij de bal doorgeven aan een van zijn mede-aanvallers. Evenals bij de voetbalsport waakt een scheidsrechter, compleet met fluit, of deze en andere regels wel stipt worden nageleefd.