Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Zuid-Beveland

betekenis & definitie

Ned. (vm.) eiland in de prov. Zeeland.

Wordt 1147 het eerst genoemd als Suthbevelant. Bestond in de vroege Middeleeuwen uil een groot aantal eilanden, die in de 12e tot midden 13e eeuw door aaneendijking tot een zestal waren teruggebracht. De aanleiding hiertoe waren de stormvloeden van 1014 en 1134. Belangrijk bedijkings- en ontginningswerk werd verricht door de Vlaamse cisterciënzer abdijen Ter Duinen en Ter Doest. Zuid-Beveland was toen verdeeld in 2 delen: Oostwatering of Beoosten-Ierseke en Westwatering of Bewesten-Ierseke. De grens vormde de lerseke-ee, waaraan het dorp Ierseke lag. Door de overstromingen van 1530, ’32 en '70 en door dijkvallen en oeverafschuivingen ging ca. de helft van de bedijkte oppervlakte verloren.Bij die van 1530 ging het Oosten te niet, waarbij een 18-tal dorpen ten onder ging. Tussen 1567 en 1606 verdween het eiland Stuvezant; de stad → Reimêrswaal werd nog tot 1632 bewoond. Van de 16e-19e eeuw werd het oosten weer voor een deel ingedijkt. Naar het Westen breidde Zuid-Beveland zich gestadig uit. De meeste polders hier dateren uit de 17e eeuw. Toch omvat Zuid-Beveland momenteel ca. minder grondgebied dan de oppervlakte bedroeg vóór ca. 1530.

Bodemvondsten tonen aan dat Borselen, Ellewoutsdijk, Hoedekenskerke en Kloetinge de oudste bewoningskernen zijn. Wolfaartsdijk bleef tot 1809 een eiland. Door aanleg van de Kreekrakdam (1867) werd Zuid-Beveland een schiereiland. In 1871 werd het door de Sloedam met Walcheren verbonden. Bij de stormvloed van febr. 1953 werd Zuid-Beveland op verschillende plaatsen getroffen, vnl. bij Rilland-Bath.

LittT. A.W.Vlam. De vorming der Zeeuwse eilanden (1942): M.H.Wilderom, Tussen afsluitdammen en deltadijken. III Midden-Zeeland (1968); C.Dekker. Zuid-Beveland. De hist. geogr. en de instellingen in de Middeleeuwen (1971): A.Verhuist.

Zuid-Beveland. De hist. geogr. en de instellingen in de Middeleeuwen (in: BMGN 1971).

< >