Bestand in de betekenis van ‘voorraad’ of ‘bezit’, en de samenstellingen daarmee, zoals bijv. adressen-, leden-, personeels-, visbestand, worden door de puristen en door Van Dale nog steeds als germanismen beschouwd. Koenen, Weijnen en Jansonius maken er echter geen bezwaar tegen. Dit type van samenstelling komt in het Nederlands niet zo vaak voor als in het Duits maar het is toch produktiever dan men uit de afwijzende houding van sommige woordenboeken (bijv. Kramers en Verschueren) zou kunnen concluderen; dit blijkt duidelijk uit de volgende voorbeelden:
‘...een deel van het bestand aan kleuterleidsters...’ (Elseviers Magazine, 16.9.72, p. 102)
‘Om een blad als Skrien ... te laten bestaan, is het huidige abonneebestand nog steeds te laag.’ (De Groene, 25.9.71, p. 11) ‘...het arbeidsbestand in de Nederlandse confectie-industrie...’ (Elseviers Magazine, 25.3.72, p. 127)
‘De computerinvoer voor de vastlegging van alle benodigde patiëntengegevens in het patiëntenbestand...' (Elseviers Magazine, 30.9.72, p. 83).
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk