eiland van aziat. Turkijé in de Egeeïsche Zee, aan de kust van Ionië in Klein-Azië, is ruim 9 vierk. mijlen groot, heet thans Samo, en heeft tot hoofdplaats Kora, terwijl Valhy de voornaamste stad is.
In 1831 werd door eene aardbeving een berg gedeeltelijk verplaatst, waardoor eene rivier op S. te voorschijn kwam. Oudtijds was S. veel bclangrijker dan nu; de hoofdstad was toen de stad S., waarvan in de nabijheid van Kora nog ruinen aanwezig zijn: dat was de geboorteplaats van Pytbagoras, van den schilder Agatharchus, enz. (S. had eene eigene school van kunstschilders: deSamisclic School); de godin juno werd te S. inzonderheid vereerd; in het N. T. vinden wij S. vermeld Hand. 20: 15. Het eiland S., na eerst bewoond geweest te zijn door Lelegen en door Cariërs, viel in handen der Grieken, en werd een der voornaamste staten van den loniselieu bond. Eerst koninkrijk, vervolgens republiek, had S. bij tijden tirannen, o. a. den vermaarden Polycrates (in de 6e eeuw v. Chr.). Pericles onderwierp S. aan Athene in 441. Het kwam herhaalde malen in opstand. Later behoorde S. tot het koninkrijk Pcrgamum, en deelde in de lotgevallen van dat rijk; vervolgens was S. van Augustus' tijd weder onafhankelijk, totdat Vespasianus het inlijfde bij de Provincie der Eilanden. Het maakte deel uit van het Grieksche rijk, behoorde toen achtereenvolgend aan de Arabieren, de Venetianen, de Genueezen, en viel eindelijk in handen der Turken. In 1821 en 1824 beproefde S. tevergeefs om het juk af te werpen.
