1) koning van Salmydessns in Thracië ten tijde der Argonauten, liet aan zijne beide zonen de oogen uitsteken, op de valsche beschuldigingen, die hunne stiefmoeder tegen hen inbracht. Om P. te straffen voor zijne barbaarschheid, sloegen de góden hem met blindheid, en leverden hem over aan de vervolging der harpijen, die de spijzen van zijne tafel wegroofden en alles wat zij aanraaklen verpestten.
Later werd hij door Calaïs en Zetbes, de zonen van Boreas, van de vervolging dier monsters verlost; doch hij bleef zijn leven lang blind.2) broeder van Cepheüs en oom van Andromeda, was verloofd met zijne nicht, toen deze hem ontnomen werd om aan een zeemonster opgeofferd te worden. Door Perseus gered, nam Andromeda de hand van dien held aan. Daarop vatte P. de wapenen op, om haar aan Perseus te ontweldigen; doch hij werd door het Medusa-hoofd in steen veranderd.